Patrick Vincent, Gazet van Antwerpen, vrijdag 8 april 2022
Dit najaar gaat in de Roma De Störm van Tutti Fratelli in première. Tom Lanoye maakte die bewerking van William Shakespeares laatste toneelstuk speciaal voor Reinhilde Decleir. Hij gaf haar zelfs een dubbelrol.
“Reinhilde vroeg me al jaren om een stuk voor Tutti Fratelli te maken”, vertelt Tom Lanoye. “Ik was een grote fan van hun werk en wilde daarom ook niet om het even wat doen. Na een voorstelling op Theater aan Zee in Oostende raakten we opnieuw in gesprek en toen beloofde ik haar dat ik het zou doen, maar onder één voorwaarde: ze moest zelf de rol van de tovenaar Prospero spelen in De Storm van Shakespeare. En speciaal voor Reinhilde gaf ik ook een stem aan de geest van de moeder van Caliban, het monster in het stuk. Het werd dus een dubbelrol.”
Eerst corona en later haar ziekte doorkruisten helaas die plannen. De voorstelling komt er, zij het zonder Decleir. “Helaas”, zegt de auteur. “Haar verschijning als geest aan het eind van de voorstelling, zag ik als een symbool voor wat zij betekende voor Tutti Fratelli. Veeleisend aan de ene kant en de moeder der moeders aan de andere.”
De schrijver en de actrice werkten al in de jaren 90 samen. Decleir speelde enkele kleinere rollen in Lanoyes legendarische Shakespearebewerking Ten Oorlog. “Maar ik kende ook haar schallende lach en tomeloze discussiedrift uit de cafés in de theaterbuurt en later zag ik veel voorstellingen van Tutti Fratelli. Zij maakte altijd een juiste mix tussen het brute, het onbevangene, het sloganeske en het meer talige. En ik vond het knap dat zij hun stukken in het Antwerps speelden.”
“Haar taal was zeer sappig. Ze gebruikte uitdrukkingen als ‘ik zen zoe blaa as een konijn me ne weurtel’ of ‘as ze dieje z’n verstand in een veugelke steke, vlieg ‘et achteruit’. Schitterend. Daarom heb ik mijn bewerking van De Storm ook een Antwerpse titel gegeven: De Störm, met trema. Ik vond het een geweldige oefening om vijfvoetige jamben in het Antwerps te maken.”
Lanoye vindt het zonde dat Reinhilde Decleir pas op latere leeftijd, na enkele rollen op televisie, de aandacht kreeg die ze verdiende. “Het was uniek hoe ze Tutti Fratelli bestuurde en van energie voorzag. En mooi hoe ze ontroerende, grote kunst combineerde met een sociaal project. Ze heeft er de laatste jaren terecht veel onderscheidingen voor gekregen. Het is schrijnend dat ze altijd zo hard heeft moeten knokken om de nodige fondsen bij elkaar te krabben, zeker als je ziet hoeveel geld er naar iemand als Sihame El Kaouakibi is gesmeten. De erkenning die ze nu van alle kanten krijgt is hopelijk de aanzet naar een stevig plan om haar project, haar echte erfenis, verder te zetten.”